Prijselasticiteit

13
www.economielokaal.nl Hoe sterk reageert de vraag op een prijsverandering Prijselasticiteit

description

Prijselasticiteit. Hoe sterk reageert de vraag op een prijsverandering. Elasticiteit – algemeen. Een elasticiteit is een vermenigvuldigingsgetal tussen twee procentuele veranderingen die een onderling verband hebben. × E =. % Δ oorzaak. % Δ gevolg. Voorbeeld 1 - PowerPoint PPT Presentation

Transcript of Prijselasticiteit

Page 1: Prijselasticiteit

www.economielokaal.nl

Hoe sterk reageert de vraag op een prijsverandering

Prijselasticiteit

Page 2: Prijselasticiteit

www.economielokaal.nlElasticiteit – algemeen

Een elasticiteit is een vermenigvuldigingsgetal tussen twee procentuele veranderingen die een onderling verband hebben.

%Δ oorzaak %Δ gevolg× E =

Voorbeeld 1Wanneer de prijs van CD’s met 25% omlaag gaat, worden er 40% méér CD’s verkocht.

%Δ prijs %Δ vraag× E =

-25% +40%-1,6× =

Page 3: Prijselasticiteit

www.economielokaal.nlElasticiteit – algemeen

Een elasticiteit is een vermenigvuldigingsgetal tussen twee procentuele veranderingen die een onderling verband hebben.

%Δ oorzaak %Δ gevolg× E =

Voorbeeld 2

Wanneer het inkomen van mensen met 10% omhoog gaat, gaan zij 20% meer uitgeven aan verre vakantiereizen.

%Δ inkomen %Δ vraag× E =

+10% +20%+ 2× =

Page 4: Prijselasticiteit

www.economielokaal.nlElasticiteit – algemeen

Een elasticiteit is een vermenigvuldigingsgetal tussen twee procentuele veranderingen die een onderling verband hebben.

%Δ oorzaak %Δ gevolg× E =

Voorbeeld 3

Wanneer de rente met 5% stijgt, gaan mensen 20% minder lenen.

%Δ rente %Δ vraag leningen× E =

+5% -20%- 4× =

Page 5: Prijselasticiteit

www.economielokaal.nlPrijselasticiteit

Bereken de prijselasticiteit in dit geval.

%Δ oorzaak %Δ gevolg× E =%Δ prijs %Δ vraag

× Epv =

Qv

prijs

10

20

30

40

50

200 400 600 800 1000

Qv = -20P + 1000

%Δ prijs %Δ vraag× Epv =

-25% +100%- 440 30 200 400

× =

Page 6: Prijselasticiteit

www.economielokaal.nlHet gaat om het vertrekpunt

Qv

prijs

10

20

30

40

50

200 400 600 800 1000

Qv = -20P + 1000

Epv = -4

Bereken bij elke verandering de elasticiteit

Als de prijs van 40 naar 20 wordt verlaagd

Als de prijs van 40 naar 10 wordt verlaagd

Als de prijs van 40 naar 45 wordt verhoogd

Epv = -4

Epv = -4

Epv = -4

Bereken ook de elasticiteit als we de eerste prijswijziging omdraaien: de prijs van 30 naar 40 wordt verhoogd Epv = -1,5

Page 7: Prijselasticiteit

www.economielokaal.nlVertrekpunt – conclusie

Elke verandering vanuit een bepaald punt (op een gegeven lijn) geeft dezelfde waarde voor de prijselasticiteit.

De waarde van de prijselasticiteit wordt (bij een gegeven lijn) bepaald door het vertrekpunt!

Page 8: Prijselasticiteit

www.economielokaal.nlElastisch – Inelastisch

Soms reageren mensen sterk op prijsveranderingen, soms nauwelijks.

%Δ prijs %Δ vraag× Epv =

-25% +40%-1,6

Een reactie is sterk wanneer de vraagverandering relatief groter is dan de prijsverandering.

De prijselasticiteit is dan kleiner dan -1.

We spreken van een elastische vraag

× =

Page 9: Prijselasticiteit

www.economielokaal.nlElastisch – Inelastisch

Soms reageren mensen sterk op prijsveranderingen, soms nauwelijks.

%Δ prijs %Δ vraag× Epv =

-25% +12,5%-0,5

Een reactie is zwak wanneer de vraagverandering relatief kleiner is dan de prijsverandering.

De prijselasticiteit ligt dan tussen de 0 en de -1.

We spreken van een inelastische vraag

× =

Page 10: Prijselasticiteit

www.economielokaal.nlElastisch – Inelastisch

Als prijs stijgt, gaat vraag omlaag!Er is dus (altijd) een negatief verband, dus negatieve elasticiteit.

0-1

elastische vraag inelastische vraag

%Δ vraag > %Δ prijs %Δ vraag < %Δ prijs

sterke reactie op prijsverandering

zwakke reactie op prijsverandering

géén reactie op prijsverandering

%Δ vraag = 0

volkomeninelastisch

%Δ prijs %Δ vraag× Epv =

Page 11: Prijselasticiteit

www.economielokaal.nlElasticiteiten op een lijn

Bereken in elk punt de waarde van de elasticiteit

Qv

prijs

10

20

30

40

50

200 400 600 800 1000

Qv = -20P + 1000

Epv = -4

Epv = -1,5

Epv = -0,67

Epv = -0,25

Als de prijs van 30 naar 20 wordt verlaagd

Als de prijs van 20 naar 10 wordt verlaagd

Als de prijs van 10 naar 0 wordt verlaagd

Page 12: Prijselasticiteit

www.economielokaal.nlElastisch én inelastisch op 1 lijn

Eenzelfde absolute verandering geeft in een ander vertrekpunt een andere relatieve (%) veranderingen en dus een ander elasticiteit.

Als de prijs met 10 daalt• is dat -25% vanuit 40• maar -50% vanuit 20

Qv

prijs

10

20

30

40

50

200 400 600 800 1000

Qv = -20P + 1000

elastische vraag

inelastische vraag

-4

-1,5

-0,67

-0,25

Page 13: Prijselasticiteit

www.economielokaal.nlElasticiteit en omzet

Relatief elastisch

De vraag gaat relatief méér omlaag dan de prijs

omhoog

De omzet daalt!

Relatief inelastisch

De vraag gaat relatief minder omlaag dan de prijs

omhoog

De omzet stijgt!

%Δ vraag > %Δ prijs %Δ vraag < %Δ prijs

Wat gebeurt er met de omzet van een bedrijf als dit bedrijf de prijs verhoogt?

Als de prijs omhoog gaat, gaat de vraag omlaag.