beeld

38
in beeld Lionel Kole ([email protected]) 02/04/2014 Rekenvraagstukken & Rekenproblemen

description

Rekenvraagstukken & Rekenproblemen . Lionel Kole ( l.kole @ hr.nl ) 02/04/2014. in. beeld. Inhouden. Rekenproblemen & rekenvraagstukken Stadia in het oplossen van rekenvraagstukken ‘Hobbels’ tijdens het probleemoplossen Handelingsmodel ( ERWD ) - PowerPoint PPT Presentation

Transcript of beeld

Page 1: beeld

in

beeld

Lion

el K

ole

(l.ko

le@

hr.n

l) 02

/04/

2014

Rekenvraagstukken &Rekenproblemen

Page 2: beeld

Inhouden

• Rekenproblemen & rekenvraagstukken• Stadia in het oplossen van rekenvraagstukken• ‘Hobbels’ tijdens het probleemoplossen• Handelingsmodel (ERWD)• Gerichte strategietraining• Stappenplan probleemoplossen & drieslagmodel• Deel-geheelmodel & Vergelijkingsmodel• Zelf aan de slag met enkelvoudige- en samengestelde rekenvraagstukken

Page 3: beeld

Rekenvraagstukken & contexten

• Verbaal gepresenteerd probleem, waarin één of meerdere bewerkingen met getalsmatige gegevens moet worden uitgevoerd.

• Binnen schoolse context.

Page 4: beeld

Rekenvraagstuk 1

Ik denk aan twee getallen. De som van deze getallen is 18 en hun verschil is 4. Aan welke getallen denk ik?

Page 5: beeld

Aanpak: Guess & check (schat, probeer & controleer)

Ik denk aan twee getallen. De som van deze getallen is 18 en hun verschil is 4. Aan welke getallen denk ik?

Page 6: beeld

Aanpak: Maak een overzichtelijk lijstje/Guess & Check

Ik denk aan twee getallen. De som van deze getallen is 18 en hun verschil is 4. Aan welke getallen denk ik?

Page 7: beeld

Aanpak: Teken een model/ maak een probleemschets

Ik denk aan twee getallen. De som van deze getallen is 18 en hun verschil is 4. Aan welke getallen denk ik?

4

?

18

Page 8: beeld

Los een vergelijkbaar probleem op.. Bedenk een eigen probleem..

a) Ik denk aan twee getallen. De som van deze getallen is 60 en hun verschil is 12. Aan welke getallen denk ik?

b) Ik denk aan twee getallen. Het grotere getal is 36 en hun verschil is 12. Bereken de som van deze getallen.

Page 9: beeld

Van aanbod tot antwoord..

Stadia in het oplossen van rekenvraagstukken:1) Aandachtig lezen, interpreteren & analyseren

van de probleemstructuur.2) Het planmatig uitvoeren van een passende

strategie. Het vormen van een (innerlijke) representatie van het probleem.

3) Het feitelijke rekenwerk.4) Controle op het antwoord & reflectie op het

oplossingsproces.

Page 10: beeld

Van aanbod tot antwoord..

Problemen (hobbels) tijdens het proces van oplossen van redactieopgaven:

• Begrippen zijn onduidelijk (rekentaal!) (Meer dan, som, eerst, ieder, samen, keer zoveel als…)

• Onjuiste interpretatie onjuiste probleemrepresentatie onjuiste somnotaties

• Benodigde rekenkennis & -vaardigheid ontbreekt

• Problemen in planmatige uitvoering

• Strategie- en reflectieve kennis ontbreekt om eigen proces (bij) te sturen.

Page 11: beeld

Gerichte strategietraining

Bij de leerling:• versterken van de metacognitieve vaardigheden• versterken van de vaardigheid van concreet

representeren (fysieke objecten)• Versterken van de vaardigheid van

schematische representeren

Page 12: beeld

Rekenvraagstuk 2

Voor 2 appels en 1 tros bananen betaal je € 4.Voor 2 appels en 3 trossen bananen betaal je € 9.Hoeveel euro ben je kwijt voor 1 appel?

Page 13: beeld

€ 9,-

€ 4,-

Page 14: beeld

€ 4,-

€ 9,-

€ 2,50

€ 4,-

€ ?

Page 15: beeld

Concreet & schematisch representeren..

Opdracht.a) Gebruik materiaal om de volgende opgaven

concreet te representeren.b) Teken een model om de opgaven schematisch te

representeren.

Annemieke heeft 9 knikkers en Daniëlle heeft er 6.

Hoeveel knikkers hebben de meisjes samen?

Annemieke heeft 3 knikkers meer dan Daniëlle.

Als Annemieke 9 knikkers heeft, hoeveel knikkers

heeft Daniëlle dan?

Page 16: beeld

9 6

Deel-geheelmodel

Page 17: beeld

? 3

9

A

D

D

D

A

A

Vergelijkingsmodel

Page 18: beeld

Van doen naar representeren ..naar symboliseren

Page 19: beeld

Fysieke objecten & visuele modellen zijn een platform om..

• Relaties te beschouwen en begrijpen• Een koppeling te vinden met eigen intuïtieve

ideeën• Astract te redeneren

Page 20: beeld

Rekenvraagstuk 3

Anna is nu drie keer zo oud als haar nichtje. Over 10 jaar van nu zullen ze samen 32 jaar oud zijn. Bereken Anna’s huidige leeftijd.

Opdracht:a) Onderzoek de probleemstructuurb) Teken een model om de probleemsituatie

te representeren

Page 21: beeld

Schematisch representeren

Anna is nu drie keer zo oud als haar nichtje. Over 10 jaar van nu zullen ze samen 32 jaar oud zijn. Bereken Anna’s huidige leeftijd.

?

10 jaar 32Nichtje

Anna10 jaar

4 eenheden 32 – 20 = 12

1 eenheid 12 = 33 eenheden 3 x 3 = 9

Page 22: beeld

Rekenvraagstuk 4

Anne, Ben en Chris scoorden in totaal 4670 punten. Ben scoorde 316 punten minder dan Anne, maar scoorde drie keer zoveel punten als Chris. Hoeveel punten scoorde Ben?

Page 23: beeld

Stop:-de-onmiddellijk-aan-de-slag-strategie!-de sleutelwoordenstrategie!

Page 24: beeld

Systematische probleemaanpak

1. Het probleem lezen & begrijpen

2. Een plan maken

3. Plan uitvoeren/berekenen

4. Controle + reflectie

Check

AnderPlan?

Page 25: beeld

1. Probleemanalyse

Onze mentale voorstelling van het probleem ontwikkelen..

• Lees hardop de opgave..• Vertel in eigen woorden..• Wat is het probleem? • Wat zijn de gegevens? • Wat is onbekend?• Begrijp ik alle woorden?

Page 26: beeld

2. Zoek een geschikte aanpak

Onze mentale voorstelling van het probleem verder ontwikkelen..

• Heb ik een vergelijkbaar probleem al eens eerder opgelost? Zo ja, wat werkte?

• Wat zijn ideeën waarlangs ik het probleem kan aanpakken?

• Wat kan ik eerst doen? Wat daarna?• Kan ik de probleemsituatie visualiseren?• Krijg ik grip op de getallen/woorden en getalsmatige

relaties?

Page 27: beeld

Ben

Anne

Chris

?

4670

316

7 eenheden 4 670 – 316 = 4 3541 eenheden 4 354 ÷ 7 = 6223 eenheden 3 × 622 = 1 866 punten

3. Werk je aanpak uit..

Page 28: beeld

4. Controle & reflectie

Ontwikkel metacognitieve kennis!• Wat was de vraag?• Controleer mijn antwoord..• Kan mijn antwoord wel juist zijn?• Heb ik mijn antwoord opgeschreven in de

gevraagde eenheid?• Wat heb ik van het oplossen van dit probleem

geleerd?• Ik heb dit goed aangepakt! Waar liep ik eerst vast?

Hoe kwam ik vervolgens toch verder?

Page 29: beeld

Getal & Ruimte (wiskunde, epn, Houten)

Page 30: beeld

Drieslagmodel (ERWD)

Page 31: beeld

Samenvatten..• Training metacognitieve vaardigheden

- Moedig leerlingen aan te communiceren over hun strategieen, denken en probleemaanpak- Voorzie de leerlingen van problemen die een planmatige uitvoering vragen- Zelfbekrachtiging! (H. van Luit, E van Lieshout, Ruijssenaars)

• Versterk de vaardigheden van concreet & schematisch representeren (Handelingsmodel ERWD M . Groenenstijn, C. Borghouts en Janssen, C)

• Reik ze een stappenplan aan voor het oplossen van problemen (Probleemaanpak Polya, G.) (Drieslagmodel ERWD M . Groenenstijn, C. Borghouts en Janssen, C

• Strookmodel als representatiemodel (Kho Tek Hong)

Page 32: beeld

Rekenvraagstuk 5 One more for the road….

Ik denk aan drie verschillende gehele getallen. Als ik alle mogelijke combinaties van twee getallen maak, zijn hun sommen 49, 57 en 64. Welke drie getallen zijn dit?

Page 33: beeld

Drie getallen…Verschillend qua grootte…

Page 34: beeld

Drie sommen…Verschillend qua grootte…

64

49

57

Page 35: beeld

Herschik de drie sommen…

64

49

57

Page 36: beeld

Overeenkomst en verschil...

64

49

57

Page 37: beeld

Gelijke eenheden..

64

49

113 - 57

2 eenheden 561 eenheid 56 ÷ 2 = 2849 – 28 = 21

64 – 28 = 36

Page 38: beeld

Bedankt voor uw aanwezigheidVragen, opmerkingen of anders?

Mail me gerust:[email protected]

[email protected]